A. overwegende dat de situatie van de landen en gebieden overzee (LGO) gekenmerkt wordt door natuurlijke, geografische en demografische handicaps, zoals de verspreide ligging, de grote afstand van het Europese continent, het lage inwonertal en de kleine oppervlakte van hun grondgebied (met uitzondering van Groenland en de Franse Zuidelijke en Zuidpoolgebieden), beperkingen die zij gemeen hebben en die een structurele rem vormen op hun economische ontwikkeling,
A. whereas the OCTs are characterised by physical, geographical and demographic handicaps, such as their dispersed location, great distance from the European continent and small populations and the small size of their territories (with the exception of Greenland and the French Southern and Antarctic Territories); whereas these shared constraints pose a structural obstacle to their economic development;