6. Indien op een stuk of bij een procedure waarin bij Verordening (EG) nr. 1290/2005 of de uitvoeringsbepalingen daarvan is voorzien, de handtekening van een gemachtigde persoon of het akkoord van een persoon is vereist in een of meer fasen van die procedure, moeten de voor het verstrekken van de betrokken stukken opgezette computersystemen ondubbelzinnige identificatie van elke persoon mogelijk maken en redelijke garanties bieden dat de inhoud van de stukken niet kan worden gewijzigd, ook voor de verschillende fasen van de procedure, overeenkomstig de communautaire regelgeving.
6. Where a document or procedure provided for in Regulation (EC) No 1290/2005 or the detailed rules for its application require the signature of an authorised person or the approval of a person at one or more of the stages of that procedure, the computer systems set up for the communication of these documents must make it possible to identify each person unambiguously and provide reasonable assurance that the contents of the documents, including as regards the stages of the procedure, cannot be altered, in accordance with Community legislation.