3. Onverminderd het bepaalde in lid 1 voorzien de lidstaten wanneer een kind in detentie de leeftijd van 18 jaar bereikt, in de mogelijkheid om die persoon gescheiden van andere volwassenen in detentie te blijven houden wanneer de omstandigheden van de persoon in kwestie dit rechtvaardigen, op voorwaarde dat dit verenigbaar is met de belangen van de kinderen die samen met die persoon worden vastgehouden.
3. Without prejudice to paragraph 1, when a detained child reaches the age of 18, Member States shall provide for the possibility to continue to hold that person separately from other detained adults where warranted, taking into account the circumstances of the person concerned, provided that this is compatible with the best interests of children who are detained with that person.