—onder „landbouw- of bosbouwtrekker” wordt verstaan elk gemotoriseerd voertuig op wielen of rupsbanden, met ten minste twee assen, voornamelijk bestemd voor tractiedoeleinden en in het bijzonder ontworpen voor het trekken, duwen, dragen of in beweging brengen van bepaalde werktuigen, machines of aanhangwagens die voor gebruik in de land- of bosbouw zijn bestemd, en die slechts bijkomstig voor personen- of goederenvervoer over de weg of voor het trekken van voertuigen voor personen- of goederenvervoer over de weg worden gebruikt.
—‘Agricultural or forestry tractor’ means any power-driven vehicle running on wheels or tracks, having at least two axles, the principal function of which lies in its tractive power, which is specially designed to pull, push, carry or operate certain tools, machines or trailers used in connection with agricultural or forestry operations, and the use of which for carrying persons or goods by road or drawing, on the road, vehicles used for the carriage of persons or goods is only a secondary function.