Inkomen omvat twee soorten transacties tussen ingezetenen en niet-ingezetenen: a) transacties waarbij werknemers een vergoeding ontvangen, die aan niet-ingezeten werknemers wordt betaald (bv. grens- en seizoenarbeiders en andere kortetermijnwerknemers), en b) transacties die inkomens uit beleggingen en investeringen omvatten, namelijk ontvangsten en betalingen met betrekking tot externe financiële activa en passiva.
Income covers two types of transactions between residents and non-residents: (i) those involving compensation of employees, which is paid to non-resident workers (e.g. border, seasonal and other short-term workers), and (ii) those involving investment income receipts and payments on external financial assets and liabilities.