Moeten de artikelen 45 VWEU en 49 VWEU alsmede richtlijn 2005/36/EG [van het Europees Parlement en de Raad] van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties (1) aldus worden uitgelegd dat zij van toepassing zijn in een situatie waarin een Belgisch staatsburger die in België woont en geen beroepsactiviteit in een andere lidstaat heeft uitgeoefend, zich tot staving van zijn vraag tot deelname aan een vergelijkend examen voor de werving van referendarissen bij het Belgische Hof van Cassatie beroept op een door een Franse universiteit uitgereikt diploma, te weten een master in de rechten, economie, bedrijfsbeheer, vermelding privaat
recht, specialiteit jurist-vertaler ...[+++], dat op 22 november 2010 door de Franse Universiteit van Poitiers is uitgereikt?
Are Articles 45 and 49 TFEU and Directive 2005/36 of 7 September 2005 on the recognition of professional qualifications to be interpreted as applying in a situation where a Belgian national, who resides in Belgium and who has not pursued a professional activity (1) in another Member State, relies in support of his application to participate in a competition to recruit legal secretaries at the Belgian Cour de cassation on a degree awarded by a French university, namely a vocational master’s degree in law, economics and management, private law, lawyer-linguist specialism, awarded on 22 November 2010 by the University of Poitiers in France?