In zeer slechte tijden, waarvoor een outputgap tussen -4 % en -3 % wordt aangenomen, wordt van alle lidstaten waarvan de schuldquote lager dan 60 % is, tijdelijk een nulaanpassing verwacht, hetgeen betekent dat er geen begrotingsinspanning geëist wordt, terwijl landen met een schuldquote van meer dan 60 % moeten zorgen voor een jaarlijkse aanpassing van 0,25 % van het bbp.
In very bad times, interpreted as an output gap between -4% and -3%, all Member States with the debt-to-GDP ratio below 60% would be temporarily allowed zero adjustment, meaning that no fiscal effort would be required, whereas Member States with debt-ratios exceeding 60% would need to provide the annual adjustment of 0.25% of GDP.