A. overwegende dat het op 27 januari 2005 zestig jaar geleden is dat het door Hitl
ers nazi's gebouwde vernietigingskamp in Auschwitz-Birkenau werd bevrijd, waar honderdduizenden joden, Roma, homoseksuelen, Polen en gevangenen van diverse andere nationaliteiten zijn vermoord; en dat dit niet alleen een belangrijke gelegenheid voor de Europese burgers is om de enorme verschrikking en tragedie van de holocaust te herdenken en te veroordelen, maar ook om in te gaan op de verontrustende opkomst van het antisemitisme en vooral van antisemitische voorvallen in Europa, en om andermaal te beseffen hoe gevaarlijk het is zich tegen mensen te kere
...[+++]n op grond van hun ras, etnische afkomst, godsdienst, politieke of seksuele voorkeur,
A. whereas 27 January 2005, the sixtieth anniversary of the liberation of Hitler’s Nazi death camp at Auschwitz-Birkenau, where hundreds of thousands of Jews, Roma, homosexuals, Poles and other prisoners of various nationalities were murdered, is not only a major occasion for European citizens to remember and condemn the enormous horror and tragedy of the Holocaust, but also for addressing the disturbing rise in anti-Semitism, and especially anti‑Semitic incidents, in Europe, and for learning anew the wider lessons about the dangers of victimising people on the basis of race, ethnic origin, religion, politics or sexual orientation,