Traduction de «verschil in salariëring » (Néerlandais → Anglais) :

TERMINOLOGIE

gelijkheid van beloning [ gelijkheid van salaris | salarisverschil | verschil in salariëring ]
equal pay [ difference in pay | equal wage | wage gap ]

ongelijkheid in de beloning | ongelijkheid in de beloningsverhoudingen | verschil in salariëring
wage disparity

verschil tussen de rendementen op overheidsobligaties | verschil tussen de rendementen op staatsobligaties
government yield spread | sovereign bond spread | sovereign spread | sovereign yield spread

salariëring nader overeen te komen | individuele loononderhandeling | individuele onderhandeling m.b.t.de salariëring | salariëring in overleg
individual wage bargaining

verschil in afmeting van nieren
Inequality in size of kidneys

alveolo-arteriëel verschil in zuurstofspanning
Alveolar-arterial oxygen tension difference

geen verschil tussen luchtgeleiding en beengeleiding
No difference in air or bone conduction

Omschrijving: Resterende niet-specifieke en variabele gedragsverandering volgend op herstel van virale of bacteriële encefalitis. Het belangrijkste verschil tussen deze aandoening en de organische persoonlijkheidsstoornissen is dat het omkeerbaar is.
Definition: Residual nonspecific and variable behavioural change following recovery from either viral or bacterial encephalitis. The principal difference between this disorder and the organic personality disorders is that it is reversible.

cultureel verschil [ subcultuur | tegencultuur ]
cultural difference [ counterculture | subculture | subculture(UNBIS) ]

loon [ bezoldiging | salaris | wedde ]
pay [ remuneration | salary | wages | wage system(GEMET) | salaries(UNBIS) | wages(UNBIS) ]

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

69. stelt dat armoede onder vrouwen niet alleen het gevolg is van de huidige economische crisis maar ook van tal van andere factoren, waaronder stereotypering, de loon- en pensioenkloof tussen mannen en vrouwen, onvoldoende herverdelingsmechanismen binnen het verzorgingsstelsel, de onmogelijkheid om het werk en het gezinsleven te combineren, de langere levensverwachting van vrouwen en, in het algemeen, alle soorten van seksespecifieke discriminatie die vooral vrouwen treft ; beklemtoont dat de crisis deze situatie van voortdurende ongelijkheid verergert; acht het zaak stereotypering in alle domeinen en stadia van het leven tegen te gaan omdat zulke stereotypering door hun invloed op de keuzes van vrouwen op de gebieden onderwijs, opleiding, werk, verdeling van huiselijke en gezinstaken, deelname aan het openbaar leven en deelname aan en vertegenwoordiging in besluitvormende posities, alsmede op het verschil in salariëring tussen mannen en vrouwen, tot de hardnekkigste oorzaken van ongelijkheid tussen mannen en vrouwen behoren;
69. Considers that female poverty is being caused not only by the current economic crisis but also by a variety of factors, including stereotypes, the pay and pension gap between men and women, insufficient redistribution mechanisms in the welfare system, an unsatisfactory work-life balance, women's longer life expectancy and, in general, all forms of gender-based discrimination which primarily affect women; stresses that the crisis is exacerbating this situation of continual inequality; highlights the need to combat stereotypes in all walks of life and at all stages of life, since these are one of the most persistent causes of inequality between men and women, impacting on their choices in education and employment and the distribution of domestic and family responsibilities, as well as on the pay gap, participation in public life and representation in decision-making positions; .

11. vestigt de aandacht op het probleem van de salariskloof binnen bedrijven en meer bepaald het verschil in salaris tussen vrouwen in bestuursfuncties en hun mannelijke tegenhangers; vraagt dat de lidstaten en de Commissie maatregelen nemen ter bestrijding van deze hardnekkige, op traditionele stereotypen gebaseerde salarisongelijkheid die een impact heeft op het carrièreverloop en bijdraagt tot de lage vertegenwoordiging van vrouwen in de bestuurlijke instanties van bedrijven;
11. Emphasises the problem of pay differentials within companies and, in particular, differences between the salaries of women in management positions and those received by their male counterparts; calls on Member States and the Commission to take measures to tackle the lingering pay inequality connected with traditional stereotypes which affect career development and are partly responsible for women's under-representation on corporate management bodies;

6. Op voorwaarde dat zij voldoen aan de in artikel 44, eerste alinea, vastgestelde voorwaarden, ontvangen ambtenaren in rang AD 12, vijfde salaristrap met als functie administrateur op wie de maatregel in lid 5 van toepassing is, na twee jaar een bijkomende verhoging van het basissalaris gelijk aan het verschil tussen het salaris van rang AD 12, salaristrap 5 en dat van rang AD 12, salaristrap 4.
6. Provided they satisfy the conditions laid down in the first paragraph of Article 44, officials in grade AD 12, step 5, holding a post of Administrator and benefiting from the measure in paragraph 5 shall receive after two years an additional increase in basic salary equivalent to the difference between the salary corresponding to grade AD 12, step 5, and grade AD 12, step 4.

5. Op voorwaarde dat zij voldoen aan de in artikel 44, eerste alinea, vastgestelde voorwaarden, ontvangen ambtenaren in rang AD 12, vijfde salaristrap met als functie administrateur vanaf 1 januari 2016 een verhoging van het basissalaris gelijk aan het verschil tussen het salaris van rang AD 12, salaristrap 4 en dat van rang AD 12, salaristrap 3.
5. Provided they satisfy the conditions laid down in the first paragraph of Article 44, officials in grade AD 12, step 5, holding a post of Administrator shall, as from 1 January 2016, receive an increase in basic salary equivalent to the difference between the salary corresponding to grade AD 12, step 4, and grade AD 12, step 3.

dientengevolge, nietig te verklaren het besluit van het tot het aangaan van aanstellingsovereenkomsten bevoegd gezag van 5 juni 2010 waarbij rekwirantes sollicitatie naar een post is afgewezen (ref. TA-ADMIN-AST 4-2009) en van het besluit om een andere sollicitant in die post aan te stellen; het FRA te veroordelen tot vergoeding van rekwirantes materiële schade bestaande in het verschil tussen haar huidige salaris en het salaris van de rang AST 4, tot aan de pensioenleeftijd en met inbegrip van alle toelagen en vergoedingen alsmede van een compensatie voor de pensioenrechten; het FRA te veroordelen tot vergoeding van rekwirantes immateriële schade welke ex aequo et bono op 10 000 EUR wordt begroot; en
Consequently, annul the decision of the authority responsible for concluding contracts of employment of 5 June 2010 rejecting the appellant’s candidature for post (ref. TA-ADMIN-AST 4-2009) and the decision appointing another candidate; order the FRA to compensate the appellant’s material prejudice corresponding to the difference between her current salary and the AST 4 salary, until retirement age, including all allocations and indemnities and compensation of pension rights; and order the FRA to compensate the appellant’s moral prejudice evaluated ex aequo et bono at 10 000 Euro; and

veroordeling van het ERCEA tot vergoeding van verzoekers’ materiële schade, berekend op basis van het verschil tussen het salaris van een AC3bis en een AC3ter, functiegroep III, voor de volledige duur van zijn overeenkomst bij het ERCEA, en van zijn immateriële schade, vermeerderd met een vertragingsrente van 6,75 % voor de materiële en immateriële schade;
Order the ERCEA to pay damages for the material harm sustained by the applicant, calculated on the basis of the salary difference between a CA3a and a CA3b, function group III, in respect of the whole period of his contract with the ERCEA, and for the non-material harm sustained by him, plus compensatory and default interest at the rate of 6.75% for the non-material and material harm sustained;

Tussen 1991 en 1996 werd, op grond van artikel 30 van de wet van 1990, de „werkgevers”-bijdrage (d.w.z. de „aanvullende bijdrage” bedoeld in artikel 30, onder b), van de wet van 1990 in zijn oorspronkelijke versie) die ten laste viel van France Télécom omdat zij deze ambtenaren in dienst had, bepaald als het verschil tussen het totaalbedrag van de door de Franse Staat uitgekeerde pensioenen en het op het salaris van ambtenaren in actieve dienst ingehouden gedeelte.
Between 1991 and 1996, pursuant to Article 30 of the 1990 Law, the employer’s contribution (i.e. the additional contribution referred to in Article 30, point (b), of the 1990 Law in its original wording), which was payable by France Télécom for the civil servants it employs was established by calculating the difference between the total amount of retirement pensions financed by the French State and the share deducted from the salaries of civil servants still in active service.

P. overwegende dat in de uitgebreide Europese Unie het verschil in salaris gemiddeld 15% bedraagt, maar dat het, naargelang het land, tot 33% kan gaan; dat er de laatste dertig jaar in de praktijk geen enkele vooruitgang is geboekt bij de toepassing van het principe "gelijk loon voor gelijk werk"; dat de vermindering van dit verschil een middel is om werken voor vrouwen aantrekkelijker te maken, hetgeen zou bijdragen tot verhoging van het aantal werkende vrouwen en volledige benutting van investeringen en menselijk potentieel,
P. whereas in the enlarged European Union the average pay gap is 15%, but this rises to as much as 33% in some countries; whereas within the last 30 years there has in practice been no progress made in the implementation of the principle of equal pay for equal work; whereas reducing this gap is a way of making employment more attractive to women, which will help raise their employment rate, and of making full use of investment in human capital,

P. overwegende dat in de uitgebreide Europese Unie het verschil in salaris gemiddeld 15% bedraagt, maar dat het, naargelang het land, tot 33% kan gaan; dat er de laatste dertig jaar in de praktijk geen enkele vooruitgang is geboekt bij de toepassing van het principe "gelijk loon voor gelijk werk"; dat de vermindering van dit verschil een middel is om werken voor vrouwen aantrekkelijker te maken, hetgeen zou bijdragen tot verhoging van het aantal werkende vrouwen en volledige benutting van investeringen en menselijk potentieel,
P. whereas in the enlarged European Union the average pay gap is 15% but can be as much as 33% in some countries; whereas within the last 30 years there has in practice been no progress made with regard to the implementation of the principle of equal pay for work of equal value; whereas reducing this gap is a way of making employment more attractive to women, which will help raise their employment rate, and of making full use of investment in human capital,