3. Indien geen van de in bijlage 1 of 2 vermelde documenten kan worden overgelegd, treft de bevoegde diplomatieke of consulaire post van de betrokken aangezochte staat op verzoek de nodige regelingen met de bevoegde autoriteit van de verzoekende staat om de over te nemen persoon onverwijld en uiterlijk binnen drie werkdagen na de dag van het verzoek te ondervragen teneinde diens nationaliteit vast te stellen.
(3) Kann keines der in den Anhängen 1 oder 2 aufgeführten Dokumente vorgelegt werden, so trifft die zuständige diplomatische Vertretung oder Konsularstelle des ersuchten Staates auf Ersuchen Vorkehrungen mit der zuständigen Behörde des ersuchenden Staates, um die rückzuübernehmende Person zur Feststellung ihrer Staatsangehörigkeit unverzüglich und spätestens innerhalb von drei Arbeitstagen nach dem Tag des Ersuchens zu befragen.