[13] Evenals voor kolen, zijn er aanzienlijke regionale verschillen: In sommige lidstaten speelt gas een dominante rol bij de elektriciteitsopwekking, bv. in België (32%), Ierland (57%), Spanje (36%), Italië (51%), Letland (36%), Luxemburg (62%), Nederland (63%), het Verenigd Koninkrijk (44%), terwijl gas in andere lidstaten (Bulgarije, Tsjechië, Slovenië, Zweden, Frankrijk, Cyprus en Malta) minder dan 5% aan de elektriciteitsmix bijdraagt.
[13] Comme dans le cas du charbon, les différences régionales sont importantes: dans certains États membres, le gaz joue un rôle prépondérant dans la production d’électricité; c’est le cas par exemple en Belgique (32 %), en Irlande (57 %), en Espagne (36 %), en Italie (51 %), en Lettonie (36 %), au Luxembourg (62 %), aux Pays-Bas (63 %) et au Royaume-Uni (44 %), alors que dans d’autres (Bulgarie, République tchèque, Slovénie, Suède, France, Chypre et Malte), il représente seulement moins de 5 % des sources d’énergie utilisées pour la production d’électricité.