Gelet op artikelen 37 en 112 van de Grondwet; Gelet op het koninklijk besluit van 19 juni 1837 houdende oprichting als wetenschappelijk
e instelling van de Koninklijke Bibliotheek van België, artikel 3, vervangen bij het koninklijk besluit van 8 april 2002; Gelet op het koninklijk besluit van 5 augustus 1992 houdende organiek reglement van de Koninklijke Munt van België, artikel 3, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 april 1995, artikel 9, artikel 11bis, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 13 april 1997, artikel 27, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 april 1997 en artikelen 39, 44 en 45; Gelet op het advies van de
...[+++] Beheerscommissie van de Koninklijke Bibliotheek van België, gegeven op 18 juni 2014; Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Koninklijke Munt van België, gegeven op 5 maart 2015; Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 1 april 2015; Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 11 juni 2015; Gelet op de vrijstelling van regelgevingsimpactanalyse, op grond van artikel 8, § 1, 4°, van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging; Gelet op het advies 57.995/2/V van de Raad van State gegeven op 7 september 2015, bij toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; Op de voordracht van Onze Minister van Financiën en Onze Staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Inleidende bepaling Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder : - "Koninklijke Munt", het Staatsbedrijf Koninklijke Munt van België; - "Museum", het Museum van monetaire instrumenten van de Koninklijke Munt van België; - "Bibliotheek", het Penningenkabinet van de Koninklijke Bibliotheek van België.Vu les articles 37 et 112 de la Constitution; Vu l'arrêté royal du 19 juin 1837 portant constitution en établissement
scientifique de la Bibliothèque royale de Belgique, l'article 3, remplacé par l'arrêté royal du 8 avril 2002; Vu l'arrêté royal du 5 août 1992 portant règlement organique de la Monnaie royale de Belgique, l'article 3, modifié par l'arrêté royal du 13 avril 1995, l'article 9, l'article 11bis, inséré par l'arrêté royal du 13 avril 1997, l'article 27, modifié par l'arrêté royal du 13 avril 1997 et les articles 39, 44 et 45; Vu l'avis de la Commission de gestion de la Bibliothèque royale de Belgique, émis le 18 juin 2014;
...[+++] Vu l'avis du Comité de gestion de la Monnaie royale de Belgique, émis le 5 mars 2015; Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 1 avril 2015; Vu l'accord du Ministre du Budget, donné le 11 juin 2015; Vu la dispense d'analyse d'impact de la réglementation, en vertu de l'article 8, § 1 , 4°, de la loi du 15 décembre 2013 portant dispositions diverses en matières de simplification administrative; Vu l'avis 57.995/2/V du Conseil d'Etat, donné le 7 septembre 2015, en application de l'article 84, § 1 , alinéa 1 , 2°, des lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; Sur la proposition de Notre Ministre des Finances et de Notre Secrétaire d'Etat à la Politique scientifique, Nous avons arrêté et arrêtons : CHAPITRE I - Disposition préliminaire Article 1 . Pour l'application du présent arrêté, il y a lieu d'entendre par : - "Monnaie royale", l'entreprise d'Etat Monnaie royale de Belgique; - "Musée", le Musée des instruments monétaires de la Monnaie royale de Belgique; - "Bibliothèque", le Cabinet des Médailles de la Bibliothèque royale de Belgique.