Artikel 2bis, § 2, derde lid, van de wet betreffende de voorlopige hechtenis, ingevoegd bij artikel 4 van de bestreden wet, preciseert dat de bijstand van de advocaat
tijdens het verhoor uitsluitend tot doel heeft toezicht mogelijk te maken op de inachtneming van het recht van de ondervraagde persoon om zichzelf niet te beschuldigen en van zijn keuzevrijheid om een verklaring af te leggen, te antwoo
rden op de gestelde vragen of te zwijgen, op de wijze waarop die persoon wordt behandeld, inzonderheid op het al dan niet kennelijk uitoef
...[+++]enen van ongeoorloofde druk of dwang, op de kennisgeving van de rechten van de verdediging en op de regelmatigheid van het verhoor.
L'article 2bis, § 2, alinéa 3, de la loi relative à la détention préventive, introduit par l'article 4 de la loi attaquée, précise que l'assistance de l'avocat au cours de l'audition a exclusivement pour objet de permettre un contrôle du respect du droit de la personne interrogée de ne pas s'accuser elle-même et de sa liberté de choisir de faire une déclaration, de répondre aux questions ou de se taire, du traitement réservé à cette personne et en particulier de l'exercice manifeste de pressions ou contraintes illicites, de la notification des droits de la défense et de la régularité de l'audition.