Wanneer de schuldenaar een rechtsmiddel, een verzoek tot heroverweging (artikel 19) of een verzoek tot rectificatie of intrekking (artikel 10) heeft ingediend, kunnen op verzoek van de schuldenaar door het bevoegde gerecht bewarende maatregelen worden opgelegd (artikel 23, paragraaf 2, a) ), een zekerheidstelling worden gevraagd (artikel 23, paragraaf 2, b) ) of de tenuitvoerlegging worden opgeschort (artikel 23, paragraaf 2, c) ).
Lorsque le débiteur a introduit un recours, une demande de réexamen (article 19), ou une demande de rectification ou de retrait (article 10), la juridiction compétente peut, à la demande du débiteur, limiter la procédure d'exécution à des mesures conservatoires (article 23, paragraphe 2, a) ), demander la constitution d'une sûreté (article 23, paragraphe 2, b) ) ou suspendre la procédure d'exécution (article 23, paragraphe 2, c) ).