3. De in lid 1, onder a), b) en c), bedoelde landen en gebieden worden hierna „partnerlanden” of „partnerregio's” genoemd al naar gelang het geval in het desbetreffende geografische, thematische of pan-Afrikaanse programma.
3. Les pays et territoires visés au paragraphe 1, points a), b) et c), sont dénommés ci-après «pays partenaires» ou «régions partenaires», selon le cas, dans le contexte du programme géographique, thématique ou panafricain qui les concerne.