De door de Regering als departementshoofd aangewezen ambtenaar die op grond van hoofdstuk IV op basis van de weddeschalen I/10, I/10-59, I/10bis of I/10bis-59 bezoldigd wordt, alsook een geldelijke anciënniteit van 25 jaar en een geldelijke anciënniteit als departementshoofd van minstens 10 jaar heeft, neemt voor de duur van zijn aanwijzing de weddeschaal I/10ter of, naargelang van het geval, I/10ter-59 in».
L'agent statutaire désigné chef de département par le Gouvernement et qui, en vertu des dispositions du chapitre IV, est rémunéré sur la base de l'échelle de traitement I/10, I/10-59, I/10bis ou I/10bis-59 et justifie d'une ancienneté pécuniaire de 25 ans et une ancienneté pécuniaire d'au moins 10 ans en tant que chef de département bénéficie, pour la durée de sa désignation, de l'échelle de traitement I/10ter ou I/10ter-59, selon le cas».