De wetgever vermocht het immers noodzakelijk te achten, teneinde een gelijke toepassing van de bescherming van het welzijn op het werk te verzekeren, andere categorieën van personen die, onder dezelfde of vergelijkbare arbeidsvoorwaarden of op dezelfde arbeidsplaats als de « werknemers », een arbeidsvorm verrichten, met werknemers gelijk te stellen.
En effet, le législateur a pu estimer nécessaire, afin d'assurer une égale application de la protection du bien-être au travail, d'assimiler aux travailleurs d'autres catégories de personnes qui effectuent une forme de travail, dans des conditions de travail identiques ou analogues, ou sur le même lieu de travail que les « travailleurs ».