3. Een geschil kan aan arbitrage worden onderworpen overeenkomstig alinea (1) c), doch niet eerder dan zes maanden nadat de feiten die ten grondslag liggen aan de vordering zich hebben voorgedaan, en voor zover de investeerder de Overeenkomstsluitende Partij die partij is bij het geschil, schriftelijk in kennis heeft gesteld van zijn voornemen om het geschil aan arbitrage te onderwerpen, en wel ten minste zestig dagen vooraf doch niet later dan drie jaar na de dag waarop de investeerder voor het eerst kennis heeft gekregen of had moeten krijgen van de feiten die ten grondslag liggen aan het geschil.
3. Tout différend pourra être soumis à l'arbitrage conformément au paragraphe (1) c, à condition que six mois se soient écoulés depuis les faits motivant la demande et que l'investisseur ait notifié par écrit à la Partie Contractante partie au différend son intention d'introduire une procédure arbitrale, au moins 60 jours à l'avance, mais pas plus de trois ans à compter de la date à laquelle l'investisseur a pris connaissance ou aurait dû prendre connaissance des faits qui ont motivé le différend.