Indien de kamer van inbeschuldigingstelling, in de gevallen van de artikelen 268, 269, eerste lid, 270 en 276, beslist dat de voorlopige hechtenis gehandhaafd blijft, levert het arrest een titel van vrijheidsbeneming op voor een maand te rekenen van de beslissing, of voor drie maanden te rekenen van de beslissing, indien het hoger beroep wordt ingesteld tegen de in de artikelen 269, tweede lid, en 270 bedoelde beschikking.
Si la chambre des mises en accusation, dans les cas des articles 268, 269, alinéa 1, 270 et 276, décide de maintenir la détention préventive, l'arrêt forme un titre de privation de liberté pour un mois à partir de la décision, ou pour trois mois à partir de la décision, s'il est fait appel de l'ordonnance visée aux articles 269, alinéa 2 et 270.