Art. 5. Elke minister zorgt, op de gebieden waarvoor hij of zij bevoegd is, ervoor dat de statistieken die door de diensten van de Regering en de instellingen van openbaar nut voortgebracht, ingewonnen en besteld worden in hun actiegebied per seks geventileerd worden en dat de genderindicatoren vastgesteld worden.
Art. 5. Chaque ministre veille, dans les domaines relevant de ses compétences, à ce que les statistiques que les services du Gouvernement et les organismes d'intérêt public produisent, collectent et commandent dans leur domaine d'action soient ventilées par sexe et que des indicateurs de genre soient établis.