11. Elke in een lidstaat gevestigde organisatie stelt, na overleg met haar personeelsvertegenwoordigers, interne regels vast die beschrijven hoe de beginselen van een „cultuur van billijkheid”, en in het bijzonder het in lid 9 bedoelde beginsel, binnen die organisatie worden gewaarborgd en toegepast.
11. Chaque organisation établie dans un État membre adopte, après consultation des représentants de son personnel , des règles internes décrivant comment les principes de la «culture juste», en particulier le principe visé au paragraphe 9, sont garantis et appliqués au sein de cette organisation.