Indien de huurder verzuimt zijn recht uit te oefenen, binnen de wettelijk bepaalde termijn, dan eindigt de handelshuurovereenkomst bij het verstrijken van de bedongen duur en wordt de handelshuurder, naar luid van de eerste prejudiciële vraag, « automatisch van de eigendom van zijn handelszaak beroofd » of zou minstens de waarde van zijn handelszaak aanzienlijk verminderen.
Si le preneur s'abstient d'exercer son droit dans le délai fixé par la loi, le bail commercial prend fin à l'expiration de la durée convenue et le preneur, aux termes de la première question préjudicielle, « se voit automatiquement dépouillé de la propriété de son fonds de commerce » ou verrait, tout au moins, considérablement baisser la valeur de ce dernier.