Een kind dat in een gezin leeft van een alleenstaande, van ongehuwd samenwonenden of van echtgenoten, die mogelijk niet beide de wettelijke ouders zijn, moet in acht genomen worden als dat kind inkomsten heeft waarvan een of elk van beide belastingplichtigen het wettelijke genot heeft.
Un enfant qui vit avec un isolé, des cohabitants non mariés ou des conjoints, qui ne sont pas nécessairement tous deux les parents légaux, doit être pris en compte lorsqu'il dispose de revenus dont l'un ou chacun des deux contribuables a la jouissance légale.