(92) Dit is hoe punt 135 van de richtsnoeren inzake verticale beperkingen en de punten 36, 71, 105, 134 en 155 van de richtsnoeren inzake horizontale samenwerkingsovereenkomsten, beide aangehaald in noot 5, moeten worden begrepen wanneer daarin wordt verklaard dat in beginsel beperkende overeenkomsten tussen ondernemingen met een machtspositie niet kunnen worden vrijgesteld.
(92) C'est ainsi qu'il faut entendre le paragraphe 135 des lignes directrices sur les restrictions verticales et les paragraphes 36, 71, 105, 134 et 155 des lignes directrices sur l'applicabilité de l'article 81 du traité aux accords de coopération horizontale, lorsqu'ils déclarent qu'en principe, les accords restrictifs conclus par des entreprises en position dominante ne peuvent bénéficier de l'exemption.