Bovendien stelden de uitvoeringsbesluiten dat de inkomsten van alle leden van het huishouden in aanmerking zouden worden genomen bij de berekening van de tegemoetkoming voor één van hen (zij het dat er zeer belangrijke uitzonderingen op deze regel werden behouden, inzonderheid wat de inkomsten van de inwonende bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad betreft).
En outre : les arrêtés d'exécution disposaient que les revenus de tous les membres du ménage seraient à prendre en compte lors du calcul de l'allocation pour l'un entre eux (avec d'importantes exceptions sur cette règle, notamment en ce qui concerne les revenus des cohabitants qui sont alliés ou parents jusqu'au 3e degré).