Zolang het niet louter om beschermingsrechten gaat (zie de alinea's B26, B27 en B28), kunnen materiële rechten in bezit van andere partijen de investeerder beletten zeggenschap over de deelneming uit te oefenen, ook al bieden de rechten de houders ervan alleen doorlopend de mogelijkheid besluiten ten aanzien van de relevante activiteiten goed te keuren of te blokkeren.
Dans la mesure où ils ne sont pas seulement des droits protectifs (voir paragraphes B26 à B28), les droits substantiels détenus par d’autres parties peuvent empêcher l’investisseur de contrôler l’entité faisant l'objet d'un investissement même s’ils ne font que conférer à leurs détenteurs la capacité actuelle d’approuver ou de bloquer des décisions ayant trait aux activités pertinentes.