Zij waren van oordeel dat de Gemeenschap in het algemeen voldoende actief en doeltreffend gebruik maakt van haar juridische, politieke en commerciële bevoegdheden bij haar streven naar het verwezenlijken van haar doelstellingen inzake scheepvaart, maar zij vonden dat dit gebruik nog kan worden verbeterd.
Ils ont considéré que, généralement, la Communauté usait de manière suffisamment active et efficace de ses pouvoirs juridiques, politiques et commerciaux pour atteindre ses objectifs en matière de transports maritimes mais que cet usage pouvait encore être amélioré.