2. is van mening dat, hoewel de voorwaarden voor de tijdelijke en uitzonderlijke herinvoering van controles aan de binnengrenzen reeds duidelijk uiteen worden gezet in Verordening nr. 562/2006 (Schengengrenscode), waarbij de artikelen 23, 24 en 25 alleen voorzien in de mogelijkheid van herinvoering van grenscontroles aan de interne grenzen wanneer er sprake is van een ernstige bedreiging van het openbaar beleid of de binnenlandse veiligheid, de procedures voor het nemen van dergelijke beslissingen EU-procedures dienen te zijn en geen procedures van de lidstaten;
2. estime que si les conditions concernant la réintroduction temporaire et exceptionnelle des contrôles aux frontières intérieures sont déjà clairement établies dans le règlement (CE) n° 562/2006 (code frontières Schengen), dont les articles 23, 24 et 25 prévoient la possibilité d'une telle réintroduction uniquement en cas de menace grave pour l'ordre public ou la sécurité intérieure, les procédures permettant de prendre une telle décision doivent être engagées au niveau de l'Union européenne et non par les États membres;