Volgens de eisers in cassatie zou de maatregel hoe dan ook onevenredig zijn, in zoverre hij, door de aanzienlijke vermindering van het pensioen die voor hen daaruit zou voortvloeien - in vergelijking met het door de Belgen en gelijkgestelden geïnde pensioen -, artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en het recht op ongestoord genot van de eigendom dat bij die bepaling wordt gewaarborgd, zou schenden.
Selon les demandeurs en cassation, la mesure serait en toute hypothèse disproportionnée, en ce que, par la réduction substantielle de la retraite qui en résulterait pour eux - comparativement à la retraite perçue par les Belges et assimilés -, elle violerait l'article 1 du Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de l'homme, et le droit au respect des biens que cette disposition garantit.