8º de uitoefening van beheertaken als bedoeld in artikel 3, 9º, a) en b), i), iii), iv) en ix), mag niet worden toevertrouwd aan of waargenomen door de bewaarder van de door de beheervennootschap beheerde instelling voor collectieve belegging, noch door enige andere onderneming waarvan de belangen strijdig kunnen zijn met de belangen van de beheervennootschap van instellingen voor collectieve belegging of met de belangen van de instellingen voor collectieve belegging of hun deelnemers;
8º l'exercice de fonctions de gestion visées à l'article 3, 9º, a), et b), i, iii, iv et ix, ne peut pas être confié ou assuré par le dépositaire de l'organisme de placement collectif géré par la société de gestion, ni par toute autre entreprise dont les intérêts peuvent être en conflit avec ceux de la société de gestion d'organismes de placement collectif ou avec ceux des organismes de placement collectif, ou de leurs participants;