3
. Geen schuld wordt geacht te zijn ontstaan ten aanzien van onder de regelin
g gemeenschappelijk douanevervoer geplaatste goederen wanneer de belanghebbende het bewijs levert dat de in lid 1, eerste alinea, onder b), bedoelde niet-nakoming van de uit de regeling gemeenschappelijk douanevervoer voortvloeiende verplichtingen het gevolg is van de volledige vernietiging of het onherroepelijk verlies van de betrokken goederen door een oorzaak die uit de aard van die goederen voortvloeit, die het gevolg is van toeval of overmacht, of de toe
...[+++]stemming van de bevoegde autoriteiten.
3. Aucune dette n'est réputée naître à l'égard d'une marchandise placée sous le régime de transit commun lorsque l'intéressé apporte la preuve que l'inexécution des obligations qui résultent du placement des marchandises sous le régime de transit commun, visée au paragraphe 1, premier alinéa, point b), résulte de la destruction totale ou de la perte irrémédiable de ladite marchandise pour une cause dépendant de la nature même de la marchandise ou par suite d'un cas fortuit ou de force majeure ou à la suite de l'autorisation des autorités compétentes.