B. overwegende dat het regime
van het Comité voor Eenheid en Vooruitgang in 1915, kort voordat het Ottomaanse Rijk aan
Wereldoorlog I zou gaan deelnemen, in het kader van een centraa
l geplande operatie bevel gaf tot en uitvoering gaf aan de massale deportatie en vernietiging van meer dan een miljoen Ottomaanse Armeniërs en de uitroeiing van hun cultuur; overwegende dat het Europees Parlement in zijn resolutie van 18 juni 1987 heef
...[+++]t erkend dat deze gebeurtenissen een genocide waren in de zin van het Verdrag inzake de voorkoming en de bestraffing van genocide;
B. considérant qu'en 1915, peu après l'entrée de l'empire ottoman dans la Première Guerre mondiale, le Comité union et progrès (CUP) a ordonné et mis à exécution, dans le cadre d'une opération planifiée de manière centrale, la déportation massive et le massacre de plus d'un million d'Arméniens ottomans ainsi que l'éradication de leur culture; que le Parlement européen a reconnu, dans sa résolution du 18 juin 1987, que ces événements constituent un génocide au sens de la convention pour la prévention et la répression du crime de génocide;