Traduction de «elke landelijk georganiseerde » (Néerlandais → Français) :

Art. 13. § 1. Elke erkende landelijk georganiseerde jeugdvereniging, vereniging informatie en participatie en cultuureducatieve vereniging ontvangt jaarlijks een subsidie van 80.000 euro.
Art. 13. § 1. Toute association de jeunes régionale, association d'information et de participation et association culturo-éducative agréées reçoit une subvention annuelle de 80.000 euros.

Art. 10. § 1. Ter uitvoering van artikel 34 van het decreet van 18 juli 2008 kan elke erkende landelijk georganiseerde jeugdvereniging jaarlijks een subsidieaanvraag voor de realisatie van een project indienen bij de administratie.
Art. 10. § 1. En exécution de l'article 34 du décret du 18 juillet 2008, chaque association communautaire de jeunesse agréée peut introduire annuellement auprès de l'administration une demande de subvention pour la réalisation d'un projet.

Elke erkende landelijk georganiseerde jeugdvereniging ontvangt een subsidie van 55.000 euro per jaar.
Chaque association nationale de jeunesse agréée reçoit annuellement une subvention de 55.000 euro.

Art. 8. § 1. Ter uitvoering van artikel 57 van het decreet kan elke landelijk georganiseerde jeugdvereniging jaarlijks een subsidieaanvraag voor de realisatie van een project indienen bij de administratie.
Art. 8. § 1. En exécution de l'article 57 du décret, toute association communautaire de jeunesse peut introduire annuellement auprès de l'administration une demande de subvention pour la réalisation d'un projet.

Art. 47. Naast de voorwaarden gesteld in artikelen 3, 41 en 42 moet elke landelijk georganiseerde jeugdvereniging vanaf het ogenblik dat ze erkend wordt, tevens voldoen aan de volgende voorwaarden :
Art. 47. Outre les conditions énoncées aux articles 3, 41 et 42, toute association de jeunesse organisée au niveau communautaire doit remplir les conditions suivantes dès son agrément :

De meeste campagneactiviteiten worden niet centraal vanuit Brussel georganiseerd, maar landelijk en regionaal in elke lidstaat afzonderlijk.
La plupart des actions menées dans ce contexte ne sont pas organisées au niveau central depuis Bruxelles, mais bien sur une base nationale et régionale dans chaque État membre.

1. Kan u voor elk van de volgende categorieën afzonderlijk aangeven of er een verplichte verzekering tegen objectieve aansprakelijkheid moet zijn of niet (met andere woorden of ze wel of niet onder het toepassingsgebied van de wet van 30 juli 1979 vallen): a) de lokalen van de plaatselijke jeugdgroepen die deel uitmaken van jeugdverenigingen zoals erkend door het decreet van 22 januari 1975 tot regeling van de erkenning en subsidiëring van het landelijk georganiseerd jeugdwerk; b) de jeugdhuizen, jeugdcentra en initiatieven voor kansarme jeugd, erkend door het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap; c) de bivakhuizen en speelpleingebouwen zoals bedoeld in het decreet van 27 november 1984 houdende subsidiëring van verenigingen voor vakantiespeelpleinwerk en van verenigingen voor jeugdvakanties (art. 4); d) de jeugdverblijfscentra, zoals bedoeld in het decreet van 27 november 1984 houdende erkenning en subsidiëring van jeugdverblijfscentra; e) de centra voor residentiële opvang van jongvolwassenen, erkend door het besluit van de Vlaamse Executieve van 10 juli 1991?
1. Pourriez-vous indiquer, pour chacune des catégories suivantes, si elles doivent ou non contracter une assurance en responsabilité objective (autrement dit si elles tombent ou non sous l'application de la loi du 30 juillet 1979): a) les locaux des mouvements de jeunesse locaux faisant partie d'associations de jeunesse telles qu'agréées par le décret du 22 janvier 1975 relatif à la réglementation de l'agréation et de l'octroi de subventions aux organisations nationales de la jeunesse; b) les maisons de jeunes, les centres pour la jeunesse et les initiatives en faveur de la jeunesse défavorisée reconnus par le ministère de la Communauté flamande; c) les lieux de bivouac et les bâtiments de terrains de jeux visés dans le décret du 27 novembre 1984 réglant l'octroi de subventions aux associations d'animation de terrains de jeu en temps de vacances ainsi qu'aux associations d'animation des vacances des jeunes (art. 4); d) les centres de séjour pour jeunes visés dans le décret du 27 novembre 1984 portant agrément des centres de séjour pour jeunes et réglant l'octroi de subventions à ces centres; e) les centres d'accueil résidentiel des jeunes adultes reconnus par l'arrêté de l'exécutif flamand du 10 juillet 1991?

1. Kan u voor elk van de volgende categorieën afzonderlijk aangeven of er een verplichte verzekering tegen objectieve aansprakelijkheid moet zijn of niet (met andere woorden of ze wel of niet onder het toepassingsgebied van de wet van 30 juli 1979 vallen): a) De lokalen van de plaatselijke jeugdgroepen die deel uitmaken van jeugdverenigingen zoals erkend door het decreet van 22 januari 1975 tot regeling van de erkenning en subsidiëring van het landelijk georganiseerd jeugdwerk; b) De jeugdhuizen, jeugdcentra en initiatieven voor kansarme jeugd, erkend door het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap; c) De bivakhuizen en speelpleingebouwen zoals bedoeld in het decreet van 27 november 1984 houdende subsidiëring van verenigingen voor vakantiespeelpleinwerk en van verenigingen voor jeugdvakanties (artikel 4); d) De jeugdverblijfscentra, zoals bedoeld in het decreet van 27 november 1984 houdende erkenning en subsidiëring van jeugdverblijfscentra; e) De centra voor residentiële opvang van jongvolwassenen, erkend door het besluit van de Vlaamse Executieve van 10 juli 1991?
1. Pourriez-vous indiquer, pour chacune des catégories suivantes, si elles doivent ou non contracter une assurance en responsabilité objective (autrement dit si elles tombent ou non sous l'application de la loi du 30 juillet 1979): a) Les locaux des mouvements de jeunesse locaux faisant partie d'associations de jeunesse telles qu'agréées par le décret du 22 janvier 1975 relatif à la réglementation de l'agréation et de l'octroi de subventions aux organisations nationales de la jeunesse; b) Les maisons de jeunes, les centres pour la jeunesse et les initiatives en faveur de la jeunesse défavorisée reconnus par le ministère de la Communauté flamande; c) Les lieux de bivouac et les bâtiments de terrains de jeux visés dans le décret du 27 novembre 1984 réglant l'octroi de subventions aux associations d'animation de terrains de jeu en temps de vacances ainsi qu'aux associations d'animation des vacances des jeunes (article 4); d) Les centres de séjour pour jeunes visés dans le décret du 27 novembre 1984 portant agrément des centres de séjour pour jeunes et réglant l'octroi de subventions à ces centres; e) Les centres d'accueil résidentiel des jeunes adultes reconnus par l'arrêté de l'exécutif flamand du 10 juillet 1991?