5. Onverminderd de bepalingen van lid 2 kan een lidstaat op een uiterlijk 31 augustus 2003 bij de Commissie in te dienen verzoek toestemming krijgen om het in de handel brengen op zijn grondgebied van ongelode benzine met een zwavelgehalte dat niet voldoet aan bijlage III, maar wel aan bijlage I, uiterlijk tot 1 januari 2007 te blijven toestaan, indien die lidstaat kan aantonen dat de noodzakelijke aanpassingen van de productie-installaties in de periode tussen de datum van aanneming van deze richtlijn en 1 januari 2005, ernstige moeilijkheden zouden opleveren voor zijn industrieën.
5. Nonobstant les dispositions du paragraphe 2, un Etat membre peut, s'il en a fait au préalable la demande à la Commission au plus tard le 31 août 2003, continuer à autoriser la commercialisation sur son territoire, jusqu'au 1 janvier 2007 au plus tard, d'essence sans plomb d'une teneur en soufre non conforme à l'annexe III mais conforme à l'annexe I, s'il apporte la preuve que ses industries rencontreraient de graves difficultés pour réaliser les adaptations nécessaires de leur outil de production dans le délai compris entre la date d'adoption de la présente directive et le 1 janvier 2005.