Bijgevolg oordeelde de Commissie dat er geen duidelijk bewijs was waarmee zou kunnen worden aangetoond dat met de compensatie geen selectief voordeel was verleend en derhalve, gelet op het feit dat aan de overige voorwaarden van artikel 87, lid 1 van het EG-Verdrag was voldaan, staatssteun in de zin van deze bepaling.
Dès lors, la Commission a estimé que rien ne démontrait avec certitude que la compensation n’avait pas accordé un avantage sélectif et donc constitué une aide d’État au sens de l’article 87, paragraphe 1, du traité CE, étant donné que les autres conditions énoncées à cet article étaient remplies.