De Arbeidsrec
htbank te Charleroi vraagt het Hof naar de bestaanbaarheid van dat artikel met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het in paragraaf 2, tweede lid, 2°, ervan, de zelfstandige vrijstelt van het betalen van de bijdrage voor het
kwartaal waarin hij zijn beroepsbezigheid stopzet, indien hij
tijdens dat kwartaal op de wettelijk bepaalde leeftijd met pensioen gaat of een vervroegd rustpensioen verkrijgt, en diegene die zijn beroepsbezigheid na de pensioeng
erechtigde ...[+++] leeftijd voortzet, niet vrijstelt van het betalen ervan.
Le Tribunal du travail de Charleroi interroge la Cour sur la compatibilité de cet article avec les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce que, dans son paragraphe 2, alinéa 2, 2°, il dispense du paiement de la cotisation du trimestre dans le courant duquel se situe la fin d'activité professionnelle le travailleur indépendant qui prend sa pension à un âge prévu légalement ou anticipativement et ne dispense pas du même paiement celui qui poursuit son activité professionnelle passé l'âge de la pension.