De oprichting van een collectieve structuur van het hoger onderwijs vloeit voort uit de uitoefening van de vrijheid van vereniging door de instellingen voor hoger onderwijs (artikel 4, tweede lid, a), van het samenwerkingsakkoord van 13 maart 2014 en artikel 5, eerste lid, van hetzelfde akkoord).
La création d'une structure collective d'enseignement supérieur résulte de l'exercice de la liberté d'association par des établissements d'enseignement supérieur (article 4, alinéa 2, a), de l'accord de coopération du 13 mars 2014 et article 5, alinéa 1, du même accord).