De Grondwet kent een zekere terughoudendheid wat betreft lobbyen : de volksvertegenwoordiger vertegenwoordigt de Natie en niet een specifieke kieskring, de verkozen mandataris geniet een volledige onafhankelijkheid jegens zijn kiezers, een imperatief mandaat is verboden.
La Constitution est marquée par une certaine réticence vis-à-vis du « lobbying » : le parlementaire représente la Nation et non pas une circonscription spécifique, le mandataire élu jouit d'une indépendance totale par rapport à ses électeurs, un mandat impératif est exclu.