Artikel 5, § 2, derde lid, van die wet bepaalt immers dat de leden van de inlichtingendiensten verplicht zijn aan het beroepsorgaan de geheime informatie mee te delen waarover zij beschikken, « met uitzondering van geheime informatie die betrekking heeft op een nog lopend opsporings- of gerechtelijk onderzoek».
L'article 5, § 2, alinéa 3, de cette loi dispose en effet que les membres des services de renseignement sont tenus de révéler à l'organe de recours les secrets dont ils sont dépositaires, « à l'exception de ceux qui concernent une information ou une instruction judiciaire en cours».