De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of artikel 17, tweede lid, van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het « handvest » van de sociaal verzekerde, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt, in de interpretatie dat dit artik
el enkel toepassing vindt op een herzieningsbeslissing met een verbindend en uitvoerbaar karakter, zodat derhalve de beslissingen tot terugvordering, indien een juridische of materiële vergissing is begaan, verhaalbaar zijn op de sociaal verzekerde wanneer de beslissing werd genomen door een
privaatrechtelijke instelling, doch nie ...[+++]t wanneer de beslissing werd genomen door een publiekrechtelijke instelling.
Le juge a quo demande à la Cour si l'article 17, alinéa 2, de la loi du 11 avril 1995 « visant à instituer ' la charte ' de l'assuré social » viole les articles 10 et 11 de la Constitution dans l'interprétation selon laquelle il ne s'applique qu'aux décisions de révision ayant un caractère contraignant et exécutoire, de sorte que les décisions de répétition, lorsqu'une erreur de droit ou matérielle a été commise, ne sont recouvrables auprès de l'assuré social que lorsque la décision a été prise par un organisme de droit privé et non lorsque la décision a été prise par une institution de droit public.