Uit wat voorafgaat vloeit voort dat het niet onredelijk is het recht op het leven of op de fysieke integriteit, enerzijds, en het recht op de eerbiediging van het privé- en gezinsleven, anderzijds, verschillend te behandelen, wat betreft de maatregel van onthulling die door een rechter kan worden opgelegd, met afwijking van het beginsel van het bronnengeheim van de journalisten.
Il découle de ce qui précède qu'il n'est pas déraisonnable de traiter différemment le droit à la vie ou à l'intégrité physique, d'une part, et le droit au respect de la vie privée et familiale, d'autre part, en ce qui concerne la mesure de divulgation qui peut être imposée par un juge, en dérogation au principe du secret des sources des journalistes.