Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft ook beslist, weliswaar ten aanzien va
n een procedure die betrekking had op burgerlijke belangen, dat artikel 6 van het Verdrag werd geschonden wanneer de klagende partijen n
iet de mogelijkheid hadden gehad doeltreffend commentaar te leveren op het essentiële bewijsmateriaal terwijl, gel
et op de technische kant die de kennis van de rechters te buiten ging en het voorwerp van het des
...[+++]kundigenonderzoek uitmaakte (dat werd gevoerd zonder enige tegenspraak), de vraag waarop de deskundige diende te antwoorden, samenviel met de vraag die de rechtbank diende te beslechten (E.H.R.M., 18 maart 1997, J.T. 1997).
La Cour européenne des droits de l'homme a encore décidé, certes à propos d'une procédure relative à des intérêts civils, que l'article 6 de la Convention était violé lorsque les parties plaignantes n'avaient pas eu la possibilité de commenter efficacement l'élément de preuve essentiel alors que, eu égard au domaine technique échappant à la connaissance des juges et faisant l'objet de l'expertise (celle-ci étant effectuée en dehors de toute contradiction), la question à laquelle l'expert devait répondre se confondait avec celle que devait trancher le tribunal (Cour eur.D.H., 18 mars 1997, J.T. 1997).