25. wijst erop dat de eventuele participatie van externe tegoeden (outside credits) (bijv. het schone ontwikkelingsmechanisme en de gezamenlijke tenuitvoerlegging (CDM/JI)) of tegoeden van regionale cap-and-tradesys
temen in landen die geen partij zijn bij het Protocol van Kyoto) moet worden beperkt tot een minimumniveau dat garandeert dat de sector daadwerkelijk bijdraagt aan de verwezenlijking van de globale
doelstelling om de klimaatverandering een halt toe te roepen, om de bureaucratie in t
...[+++]e dammen en de doorzichtigheid te verbeteren;
25. note que l'entrée potentielle de crédits extérieurs dans un système séparé (par exemple, le mécanisme pour un développement propre et application conjointe (MDP/AC)), ou de crédits émanant de systèmes régionaux de plafonds et d'échange dans des pays non parties au protocole de Kyoto, doit être minimisée par un plafonnement à un niveau garantissant que le secteur contribue à réaliser l'objectif global de prévention des changements climatiques, tout en réduisant la bureaucratie et en renforçant la transparence;