A. overwegende dat de hoofdaanklager van het Hof van Beroep verzocht heeft om opheffing van de immuniteit van Jérôme Lavrilleux, lid van het Europees Parlement, in verband met een lopend gerechtelijk onderzoek wegens valsheid in geschrifte, het gebruik van valse documenten, misbruik van vertrouwen, poging tot fraude, medeplichtigheid aan en het aanzetten tot deze strafbare feiten, het illegaal financieren van een politieke campagne en medeplichtigheid daaraan; overwegende dat de Franse rechters Jérôme Lavrilleux in dit kader aan een tot vrijheidsbeneming of vrijheidsbeperking strekkende maatregel wensen te onderwerpen;
A. considérant que le procureur général près la cour d'appel de Paris a sollicité la levée de l'immunité de Jérôme Lavrilleux, député au Parlement européen, dans le cadre d'une enquête en cours pour faux, usage de faux, abus de confiance, tentative de fraude, complicité de dissimulation et dissimulation de ces délits, financement illégal et dissimulation et complicité de dissimulation de ce délit; considérant que les magistrats français souhaitent, dans ce contexte, prendre une mesure privative ou restrictive de liberté à l'encontre de Jérôme Lavrilleux;