Traduction de «mei 1995 bepaalt » (Néerlandais → Français) :

Artikel 2 van de wet van 7 februari 2014 bepaalt : « In artikel 3bis, § 2, van de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, ingevoegd bij de wet van 4 mei 1995 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 6 mei 2009, wordt de bepaling onder 7° opgeheven ».
L'article 2 de la loi du 7 février 2014 dispose : « Dans l'article 3bis, § 2, de la loi du 14 août 1986 relative à la protection et au bien-être des animaux, inséré par la loi du 4 mai 1995 et modifié en dernier lieu par la loi du 6 mai 2009, le 7° est abrogé ».

Artikel 14, § 3, van de wet van 3 juli 1967 « betreffende de preventie van of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector », dat opnieuw is opgenomen bij artikel 69 van de wet van 20 december 1995 « houdende fiscale, financiële en diverse bepalingen » en vervolgens is gewijzigd bij artikel 5 van de wet van 20 mei 1997 « houdende diverse maatregelen inzake ambtenarenzaken », bepaalt :
L'article 14, § 3, de la loi du 3 juillet 1967 « sur la prévention ou la réparation des dommages résultant des accidents du travail, des accidents survenus sur le chemin du travail et des maladies professionnelles dans le secteur public », rétabli par l'article 69 de la loi du 20 décembre 1995 « portant des dispositions fiscales, financières et diverses », puis modifié par l'article 5 de la loi du 20 mai 1997 « portant diverses mesures en matière de fonction publique », dispose :

Zoals het Hof eraan heeft herinnerd in zijn arrest nr. 85/2014 van 22 mei 2014 heeft het bij zijn arresten nrs. 105/2009, 117/2009 en 159/2009 geoordeeld : « [Het Hof van Cassatie merkt] de hoofdelijke gehoudenheid inzake belastingen [aan] als een ' civielrechtelijke sanctie [die] van rechtswege geldt ' (Cass., 20 juni 1995, Arr. Cass., 1995, nr. 312) of als ' een herstelmaatregel die [...] van rechtswege werkt ' (Cass., 21 oktober 2008, P.08.0535.N) en die ' gelijkaardig is aan de hoofdelijke gehoudenheid tot teruggave ten aanzien van alle wegens een zelfde misdrijf veroordeelde personen bepaald in artikel 50 van het Strafwetboek ' (Cass. 15 oktober 2002, Arr. Cass., 2002, nr. 540; 21 oktober 2008, P.08.0535.N), dat bepaalt : ' Alle wegens een zelfde misdrijf veroordeelde personen zijn hoofdelijk gehouden tot teruggave en schadevergoeding.
Comme elle l'a rappelé dans son arrêt n° 85/2014 du 22 mai 2014, la Cour a jugé, par ses arrêts n 105/2009, 117/2009 et 159/2009 : « [La Cour de cassation] qualifie l'obligation solidaire en matière fiscale de sanction civile qui s'applique ' de plein droit ' (Cass., 20 juin 1995, Pas., 1995, I, n° 312) ou ' de mesure réparatrice qui s'applique de plein droit ' (Cass., 21 octobre 2008, P.08.0535.N) et qui est similaire ' à l'obligation solidaire de restitution à l'égard de tous les individus condamnés pour une même infraction visés à l'article 50 du Code pénal ' (Cass., 15 octobre 2002, Pas., 2002, n° 540; 21 octobre 2008, P.08.0535.N), article qui dispose : ' Tous les individus condamnés pour une même infraction sont tenus solidairement des restitutions et des dommages-intérêts.

Artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1238/95 van de Commissie van 31 mei 1995 houdende toepassingsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad met betrekking tot de aan het Communautair Bureau voor plantenrassen te betalen rechten (2), bepaalt de hoogte van de aan het Communautair Bureau voor plantenrassen („het Bureau”) te betalen rechten voor elk jaar dat een communautair kwekersrecht geldt als bedoeld in artikel 113, lid 2, onder d), van Verordening (EG) nr. 2100/94.
L’article 9, paragraphe 1, du règlement (CE) no 1238/95 de la Commission du 31 mai 1995 établissant les règles d’exécution du règlement (CE) no 2100/94 du Conseil en ce qui concerne les taxes dues à l’Office communautaire des variétés végétales (2) fixe le montant de la taxe annuelle due à l’Office communautaire des variétés végétales (ci-après l’«Office») pendant la durée de la protection communautaire des obtentions végétales, telle que prévue à l’article 113, paragraphe 2, point d), du règlement (CE) no 2100/94.

Artikel 8 van de Overeenkomst van 15 juni 1990 betreffende de vaststelling van de Staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat bij één van de Lid-Staten van de Europese Gemeenschappen wordt ingediend, goedgekeurd bij de wet van 11 mei 1995, bepaalt :
L'article 8 de la Convention du 15 juin 1990 relative à la détermination de l'Etat responsable de l'examen d'une demande d'asile présentée dans l'un des Etats membres des Communautés européennes, approuvée par la loi du 11 mai 1995, énonce :

Artikel 8 van de voormelde Overeenkomst van 15 juni 1990, goedgekeurd bij de wet van 11 mei 1995, bepaalt :
L'article 8 de la Convention précitée du 15 juin 1990, approuvée par la loi du 11 mai 1995, dispose en ces termes :

Gelet op het ministerieel besluit van 17 maart 1994 houdende delegatie van sommige bevoegdheden inzake voorlichting aan ambtenaren van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, gewijzigd bij ministerieel besluit van 19 mei 1995, waarvan artikel 10bis bepaalt dat het afdelingshoofd van de afdeling Kanselarij gemachtigd is om dagvaardingen en deurwaardersexploten, betekend aan de Vlaamse Gemeenschap en/of het Vlaamse Gewest, in ontvangst te nemen;
Vu l'arrêté ministériel du 17 mars 1994 portant délégation de certaines compétences en matière d'information aux fonctionnaires du Ministère de la Communauté flamande, modifié par l'arrêté ministériel du 19 mai 1995, dont l'article 10bis stipule que le chef de division de la division de la Chancellerie est habilité à réceptionner des assignations et des exploits d'huissier signifiés à la Communauté flamande et/ou à la Région flamande;

ANDERE BESLUITEN (Zonder debat aangenomen) Uitbouw en werking van het Europees Milieuagentschap - Conclusies van de Raad "DE RAAD, NA AKTE TE HEBBEN GENOMEN VAN HET FEIT dat artikel 20 van Verordening (EEG) nr. 1210/90 van de Raad van 7 mei 1990 [6] bepaalt dat uiterlijk twee jaar na de inwerkingtreding van de verordening op basis van een verslag van de Commissie een besluit moet worden genomen over de verdere taken van het Agentschap ; dat de verordening overeenkomstig artikel 21 in werking is getreden op 30 oktober 1993, de dag na het besluit van de bevoegde autoriteiten om de zetel van het Agentschap in Kopenhagen te vestigen ; NA TEVENS NOTA TE HEBBEN GENOMEN VAN HET FEIT dat het Agentschap pas medio 1994 zijn werkzaamheden heeft aangevat en pas eind 1995 een volledig personeelsbestand zal hebben ; dat het wenselijk zou zijn om het Agentschap ten minste twee jaar ten volle te laten functioneren, alvorens een besluit te nemen over de eventuele toewijzing van verdere taken ; MEMOREREND dat de artikelen 2 en 4 van de verordening voorzien in de totstandbrenging van een netwerk van organisaties in de Lid-Staten die kunnen bijdragen tot de tenuitvoerlegging van de taken van het Agentschap ; TEVENS MEMOREREND dat krachtens artikel 19 van de verordening het Agentschap open staat voor landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap, maar met de Gemeenschap een overeenkomst hebben gesloten volgens de procedure van artikel 228 van het Verdrag ; 1. VERHEUGT ZICH OVER EN STEUNT de mededeling van de Commissie betreffende het onderzoek naar de verdere uitwerking en de tenuitvoerlegging van Verordening (EEG) nr. 1210/90 van de Raad inzake de oprichting van het Europees Milieuagentschap (EMA) en het Europees Milieuobservatie- en - informatienetwerk (EIONET).
DECISIONS DIVERSES (Adoptées sans débat) Développement et mise en oeuvre de l'Agence européenne pour l'environnement - Conclusions du Conseil "LE CONSEIL AYANT NOTE que le règlement (CEE) nu 1210/90 du Conseil, du 7 mai 1990 [5] , prévoit à l'article 20 une décision sur les nouvelles tâches de l'agence, sur la base d'un rapport de la Commission, au plus tard deux ans après l'entrée en vigueur dudit règlement ; que, conformément à l'article 21, le règlement est entré en vigueur le 30 octobre 1993, soit le jour suivant la décision des autorités compétentes de fixer le siège de l'agence à Copenhague ; AYANT EN OUTRE CONSTATE que l'agence n'a commencé à fonctionner qu'à la mi- 1994, que son personnel ne sera au complet qu'à la fin de 1995 et qu'il serait souhaitable de laisser s'écouler au moins deux années de pleine activité de l'agence avant de prendre une décision sur les nouvelles tâches à lui attribuer ; RAPPELANT que les articles 2 et 4 du règlement prévoient l'établissement, dans les Etats membres de l'agence, d'un réseau d'organisations pouvant contribuer à l'accomplissement des tâches de l'agence ; RAPPELANT EN OUTRE qu'en vertu de l'article 19 du règlement l'agence est ouverte aux pays qui ne sont pas membres des Communautés européennes s'ils concluent un accord avec la Communauté selon la procédure de l'article 228 du traité ; 1. SE FELICITE de la communication de la Commission sur l'examen de la mise en oeuvre du règlement (CEE) nu 1210/90 du Conseil relatif à la création de l'Agence européenne pour l'environnement (AEE) et du Réseau européen d'information et d'observation pour l'environnement, et APPROUVE cette communication.

1. Artikel 1 van het koninklijk besluit van 10 april 1995 (Belgisch Staatsblad van 10 mei 1995) bepaalt dat de mobiele urgentiegroep wordt beschouwd als een ziekenhuisfunctie zoals bedoeld in artikel 76bis dat bij de wet van 30 december 1988 in de ziekenhuiswet is ingevoegd.
1. L'arrêté royal du 10 avril 1995 (Moniteur belge du 10 mai 1995) stipule en son article 1er que le service mobile d'urgence est considéré comme une fonction d'hôpital visée à l'article 76bis, inséré par la loi du 30 décembre 1988 dans la loi sur les hôpitaux.

1. Het koninklijk besluit van 19 mei 1995, getroffen ter uitvoering van artikel 5, § 3, van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de OCMW's, (Belgisch Staatsblad van 26 oktober 1995) bepaalt de modaliteiten voor de spreiding.
1. L'arrêté royal du 19 mai 1995, pris en exécution de l'article 5, § 3, de la loi du 2 avril 1965 relative à la prise en charge des secours accordés par les centres publics d'aide social, (Moniteur belge du 26 octobre 1995) détermine les modalités de répartition.