Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "middelste bonte spechten thans aanwezig " (Nederlands → Frans) :

Het bosbestand van Kahleck-Beneck vormt een significant geheel van ongeveer 200 ha beukenbossen dat volledig deel uitmaakt van de locatie, waar zwarte spechten en middelste bonte spechten thans aanwezig zijn. De kerk Saint-Hilaire te Habergy herbergt af en toe vale vleermuizen (1-3 ind.) terwijl grote hoefijzerneuzen en ingekorven vleermuizen ook in de locatie worden waargenomen.

Le massif forestier du Kahleck-Beneck forme un ensemble significatif de près de 200 ha de hêtraies entièrement repris dans le site, où sont bien présents les pics noir et mar. L'église Saint Hilaire à Habergy abrite occasionnellement le grand murin avec 1-3 individus tandis que le grand rhinolophe et le vespertillon à oreilles échancrées sont aussi connus du site.


Deze bossen herbergen grote broedende populaties van middelste bonte spechten, zwarte spechten, zwarte ooievaars.

Ces forêts abritent d'importantes populations nicheuses de pic mar, de pic noir, de cigogne noire.


In haar stroomafwaartse gedeelte, omvat de locatie een gedeelte van het groot bestand van acidofiele beukenbossen dat de zuidgrens van de Ardennen omzoomt en herbergt populaties van middelste bonte spechten, zwarte spechten, zwarte ooievaars.

Dans sa partie aval, le site reprend une partie de l'important massif de hêtraie acidophile qui borde la retombée sud de l'Ardenne et abrite des populations de pic mar, de pic noir, de cigogne noire.


De locatie omvat een groot gedeelte van het bestand van acidofiele beukenbossen dat de zuidgrens van de Ardennen omzoomt, met voortplantingspopulaties van zwarte ooievaars, middelste bonte spechten, zwarte spechten, vale vleermuizen.

Le site inclut une part importante du massif de hêtraie acidophile qui borde la limite sud de l'Ardenne, avec des populations reproductrices de cigogne noire, de pic mar, de pic noir, de grand murin.


De meest belangrijke Belgische populatie van Coenagrion mercuriale is aanwezig in de draineerbuizen die de vlakte doorkruisen terwijl de boshabitats Middelste bonte spechten en Zwarte spechten alsook de rode wouw herbergen.

La plus importante population belge de Coenagrion mercuriale est présente dans les drains parcourant la plaine tandis que les habitats forestiers abritent Pics mar et noir ainsi que le Milan royal.


De locatie is belangrijk voor de avifauna die kenmerkend is voor grote boslandschappen (meer dan 70 koppels middelste bonte spechten, zwarte ooiievaar...) hoewel dat boslandschap steeds meer verbrokkelt vanwege het geleidelijke herbebossen met naaldbomen van de acidocliene vervangingseikenbossen op droge bodem. Men vindt daar ook bosformaties in valleibodems van het type veenachtige berkenbossen, moerassige elzenbossen, zomereikenbossen met berken maar ook poelen en laagveen.

Le site est important pour l'avifaune caractéristique des grands massifs forestiers (plus de 70 couples de pic mar, cigogne noire...) bien que ce massif soit de plus en plus morcelé par l'enrésinement progressif des chênaies acidoclines de substitution sur sol sec. On y rencontre des formations forestières de fond de vallée de type boulaies tourbeuses, aulnaies marécageuses, chênaies pédonculées à bouleau mais aussi des mares et des bas-marais.


De volgende elementen zijn er aanwezig: goed bewaarde zuurminnende eikenbossen (zeldzaam in de Atlantische regio) en Atlantische beukenbos met hyacinten; aanwezigheid van stukken heiden met Calluna vulgaris; vochtige gebieden, gelegen ten zuidoosten van het bosgebied, met weiden, moerasland, rietvelden; aanwezigheid van stukken struikheidevegetatie die tegelijkertijd de doorbraak van het kanaal zich hebben ontwikkeld; waardevol thermofiele insectenwereld; aanwezigheid van relevante elementen van het ecologische netwerk, in verband met de Franse bosgroepe ...[+++]

On y retrouve les éléments suivants : chênaies acidiphiles rares en zone atlantique et hêtraie atlantique à jacinthe bien conservées ; présence de lambeaux de landes à Calluna vulgaris ; milieux humides, situés au sud-est de la zone forestière, comprenant des prairies, des marais, des roselières ; présence de lambeaux de landes à callune développées à la faveur de la percée du canal ; entomofaune thermophile riche; présence d'éléments intéressants du réseau écologique, en liaison avec les massifs forestiers français et les zones humides de la vallée de la Haine ; massif forestier, globalement bien conservé, hébergeant quelques espè ...[+++]


d) habitats de voortplanting en het voeden van een regelmatige populatie van Zwarte spechten (A236), Middelste bonte spechten (A238), Kleine groene spechten (A234), Hazelhoenen (A104), Wespendieven (A072), Zwarte ooievaars (A030), Bosvleermuizen (Bechsteins vleermuizen (1323) en Ingekorven vleermuizen (1321), Vale vleermuizen (1324), Grote hoefijzerneuzen (1304), Kleine hoefijzerneuzen (1303), Mopsvleermuizen (1308), Vliegende herten (1083), Zeggekorfslakken (1016));

d) des habitats de reproduction et de nourrissage pour une population régulière de Pic noir (A236), de Pic mar (A238), de Pic cendré (A234), de Gélinotte (A104), de Bondrée apivore (A072), de Cigogne noire (A030), de chauves-souris forestières (les Vespertilions de Bechstein (1323) et à oreilles échancrées (1321), le Grand murin (1324), le Grand rhinolophe (1304), le Petit rhinolophe (1303), la Barbastelle (1308), de Lucane cerf-volant (1083), de Maillot de Desmolin (1016));


e) habitats voor de voortplanting en het voeden van een regelmatige populatie van Zwarte spechten (A236), Middelste bonte spechten (A238), Kleine groene spechten (A234), Hazelhoenen (A104), Wespendieven (A072), Zwarte ooievaars (A030), Bosvleermuizen (Bechsteins vleermuizen (1323) en Ingekorven vleermuizen (1321), Vale vleermuizen (1324), Grote hoefijzerneuzen (1304), Kleine hoefijzerneuzen (1303), Mopsvleermuizen (1308), Vliegende herten (1083), Zeggekorfslakken (1016));

e) des habitats de reproduction et de nourrissage pour une population régulière de Pic noir (A236), de Pic mar (A238), de Pic cendré (A234), de Gélinotte (A104), de Bondrée apivore (A072), de Cigogne noire (A030), de chauves-souris forestières (les Vespertilions de Bechstein 1323 et à oreilles échancrées 1321, le Grand murin 1324, le Grand rhinolophe 1304, le Petit rhinolophe 1303, la Barbastelle 1308), de Lucane cerf-volant (1083), de Maillot de Desmolin (1016);


i) habitats voor de voortplanting en het voeden van een regelmatige populatie van Zwarte spechten (A236), Middelste bonte spechten (A238), Kleine groene spechten (A234), Hazelhoenen (A104), Wespendieven (A072), Zwarte ooievaars (A030), Bosvleermuizen (Bechsteins vleermuizen (1323) en Ingekorven vleermuizen (1321), Vale vleermuizen (1324), Grote hoefijzerneuzen (1304), Kleine hoefijzerneuzen (1303), Mopsvleermuizen (1308), Vliegende herten (1083);

i) des habitats de reproduction et de nourrissage pour une population régulière de Pic noir (A236), de Pic mar (A238), de Pic cendré (A234), de Gélinotte (A104), de Bondrée apivore (A072), de Cigogne noire (A030), de chauves-souris forestières (les Vespertilions de Bechstein 1323 et à oreilles échancrées 1321, le Grand murin 1324, le Grand rhinolophe 1304, le Petit rhinolophe 1303, la Barbastelle 1308), de Lucane cerf-volant (1083);




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'middelste bonte spechten thans aanwezig' ->

Date index: 2022-06-26
w