Hoewel de omstandigheid dat het Fonds toegang krijgt tot de gegevens van het register teneinde de gehandicapten die geholpen moeten worden te identificeren, beantwoordt aan een wettig doel in de zin van artikel 5 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, kan terecht de vraag rijzen of de raadpleging van het register gerechtvaardigd is wanneer het Brussels Fonds deze of gene buitendienst wil erkennen of subsidiëren (artikel 6, 3° en 5°, van het decreet).
C'est ainsi que s'il correspond à une finalité légitime, au sens de l'article 5 de la loi du 8 décembre 1992 relative à la protection de la vie privée à l'égard des traitements de données à caractère personnel, que le Fonds accède aux données du registre afin d'identifier les personnes handicapées qu'il s'agit d'aider, il est permis de se demander si la consultation du registre se justifie lorsqu'il s'agit pour le Fonds bruxellois d'agréer ou de subventionner tel ou tel service extérieur (article 6, 3° et 5°, du décret).