Beide informatieverplichtingen, deze bedoeld in artikel 168 van de Grondwet en in artikel 16, § 2, tweede lid, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 (76) enerzijds en deze bedoeld in artikel 48, lid 7, derde alinea, van het Verdrag betreffende de Europese Unie en artikel 6 van het Protocol betref
fende de rol van de nationale parlementen in de Europe
se Unie anderzijds, hebben el
k een verschillende draagwijdte (inzake het bepalen van degene op wie de verplichting rust, d
...[+++]e adressaat van de informatieplicht (77) , het toepassingsgebied, het ogenblik waarop de informatie moet worden verstrekt, enzovoort).
Ces deux obligations d'information, celle visée à l'article 168 de la Constitution et à l'article 16, § 2, alinéa 2, de la loi spéciale du 8 août 1980 (76) , d'une part, et celle visée à l'article 48, paragraphe 7, alinéa 3, du Traité sur l'Union européenne et à l'article 6 du Protocole sur le rôle des parlements nationaux dans l'Union européenne, d'autre part, ont chacune une portée différente (quant à la détermination du titulaire de l'obligation, du destinataire de l'obligation d'information (77) , de son champ d'application, du moment où l'information doit être transmise, etc.).