Vertaling van "nr 149 spreker meent evenwel " (Nederlands → Frans) :

De minister verklaart het doel van amendement nr. 131 te onderschrijven zoals gesubamendeerd door amendement nr. 149. Spreker meent evenwel dat het amendement overbodig is want wie zijn wapen laat regulariseren of registreren, valt onder de toepassing van de algemene wetsbepalingen en moet voldoen aan de veiligheidsvoorwaarden inzake het opbergen van wapens.
Le ministre soutient l'objectif de l'amendement nº 131 tel que sous-amendé par l'amendement nº 149. L'intervenant pense cependant que cet amendement est superflu car toute personne qui régularise son arme ou l'enregistre, tombe sous le champ d'application du régime général de la loi et doit satisfaire aux conditions de sécurité imposées pour la conservation de l'arme.

De vorige spreker meent evenwel dat amendement nr. 3, in zijn littera B, in een verplicht samenwerkingsakkoord voorziet.
L'intervenant précédent considère toutefois que l'amendement nº 3 prévoit, en son littera B, l'obligation de conclure un accord de coopération.

Spreker meent evenwel dat de door het protocol aangebrachte wijzigingen geenszins betrekking hebben op het vervoer van obscene en immorele voorwerpen.
L'orateur estime toutefois que les changements apportés par le protocole ne visent aucunement le transport des objets obscènes et immoraux.

In de parlementaire voorbereiding van de wet van 11 juli 1978 wordt aangegeven dat « bij de uitwerking van [die wet] de bepalingen die hetzelfde doel nastreven met betrekking tot het overheidspersoneel en die het onderwerp zijn van de wet van 19 december 1974, als voorbeeld [werden] genomen; hierbij werd evenwel rekening gehouden met de bijzonderheden en de eigen kenmerken van de krijgsmacht » (Parl. St., Kamer, 1977-1978, nr. 149/1, p. 1).
Les travaux préparatoires de la loi du 11 juillet 1978 indiquent que celle-ci « s'inspire des dispositions poursuivant le même but, qui sont applicables aux agents des services publics et qui ont fait l'objet de la loi du 19 décembre 1974, en tenant compte toutefois des particularités et de la spécificité des forces armées » (Doc. parl., Chambre, 1977-1978, n° 149/1, p. 1).

In de parlementaire voorbereiding van de wet van 11 juli 1978 wordt aangegeven dat « bij de uitwerking van [die wet] de bepalingen die hetzelfde doel nastreven met betrekking tot het overheidspersoneel en die het onderwerp zijn van de wet van 19 december 1974, als voorbeeld [werden] genomen; hierbij werd evenwel rekening gehouden met de bijzonderheden en de eigen kenmerken van de krijgsmacht » (Parl. St. , Kamer, 1977-1978, nr. 149/1, p. 1).
Les travaux préparatoires de la loi du 11 juillet 1978 indiquent que celle-ci « s'inspire des dispositions poursuivant le même but, qui sont applicables aux agents des services publics et qui ont fait l'objet de la loi du 19 décembre 1974, en tenant compte toutefois des particularités et de la spécificité des forces armées » (Doc. parl. , Chambre, 1977-1978, n° 149/1, p. 1).

Er werd evenwel beslist dat de feitelijke verenigingen en groeperingen gelijk kunnen worden gesteld met fysieke personen zodat kwestieuze vrijstelling ook in hun hoofde van toepassing kan zijn (zie het antwoord op de parlementaire vraag nr. 1314 van de heer Dufour van 9 april 1998, Vragen en Antwoorden, Kamer, 1997-1998, nr. 149, blz. 20397, BTW-Revue nr. 141, blz. 274).
Il a cependant été décidé que les associations de fait et les groupements peuvent être assimilés à des personnes physiques de sorte que l'exemption en question puisse également être appliquée dans leur chef (voir la réponse à la question parlementaire n° 1314 de M. Dufour du 9 avril 1998, Questions et Réponses, Chambre, 1997-1998, n° 149, p. 20397, Revue de la TVA n° 141, p. 274).

De minister van Justitie liet evenwel weten dat hij niet bij machte is het aantal automatische toekenningen van de nationaliteit weer te geven voor de jaren 1997 en 1998 (vraag nr. 149 van 1 februari 2000, Vragen en Antwoorden, Kamer, 1999-2000, nr. 26, blz. 3037).
Le ministre de la Justice a toutefois laissé entendre qu'il n'était pas en mesure de chiffrer, pour les années 1997 et 1998, le nombre de cas d'octroi automatique de la nationalité belge (question no 149 du 1er février 2000, Questions et Réponses, Chambre, 1999-2000, no 26, p. 3037).