Spreker meent dat, voor de zogenoemde « officieuze » ontwerpen, de uitvoerende macht zich moet kunnen wenden tot de Raad van State voor een advies over het voorontwerp zonder dat die adviezen moeten worden bekendgemaakt.
Concernant les avis rendus sur des projets dits « officieux », l'intervenante pense que le pouvoir exécutif doit pouvoir faire appel au Conseil d'État pour des avis sur des avant-projets, sans que ces avis soient nécessairement publiés.